Wij hadden onszelf ervan overtuigd dat we het in ons eentje konden redden en op grond daarvan in het leven konden doorgaan. Het resultaat was rampzalig – en ten slotte moest ieder van ons toegeven dat zelfredzaamheid op een leugen berust.
Alleen voor vandaag – 6 februari
Bron: Basistekst, blz. 72
Wat ik niet kan, kunnen wij wel. Deze eenvoudige maar fundamentele waarheid heeft betrekking op onze eerste behoefte als NA-leden: samen kunnen wij clean blijven maar zodra wij ons afzonderen, zijn wij in slecht gezelschap. Om te kunnen herstellen, hebben wij de steun van andere verslaafden nodig.
Zelfredzaamheid belemmert meer dan alleen ons vermogen om clean te blijven. Met of zonder drugs, onze eigen wil leidt onvermijdelijk tot ellende. Of het nu gaat om goederen, diensten, liefde of gezelschap, wij zijn voor van alles afhankelijk van anderen. Onze eigen wil brengt ons echter voortdurend in conflict met mensen van wie wij afhankelijk zijn. Voor een bevredigend bestaan is het nodig dat we met anderen in harmonie leven.
We zijn niet alleen afhankelijk van verslaafden en andere mensen om ons heen. Uit zichzelf zijn mensen onmachtig en om te kunnen leven hebben we kracht nodig. Wij vinden deze kracht bij een Macht groter dan wijzelf, die ons de leiding en kracht geeft die bij onszelf ontbreekt. Wanneer wij doen alsof wij het in ons eentje kunnen bolwerken, sluiten wij ons af van de krachtbron die ons doeltreffend door het leven kan leiden: onze Hogere Macht.
Zelfredzaamheid werkt niet. Wij hebben andere verslaafden en andere mensen nodig. En om het leven volledig aan te kunnen, kunnen we niet zonder een Macht die groter is dan wijzelf.
Alleen voor vandaag
Ik zal steun zoeken bij andere herstellende verslaafden. Ik zal mijn leven afstemmen op anderen in mijn omgeving en ik laat mijn Hogere Macht voor mij zorgen. Wat ik niet kan, kunnen wij wel
Ga naar overzicht februari